Regionale planvorming bij tekorten IC & beademing

Categorie: Regionaal

Voortschrijdend inzicht is in crisistijd een understatement en dat geldt ook voor dit nieuwsbericht. Iris Keessen en Dirk Boer lichten samen toe hoe het regionale plan bij tekorten IC & beademing, in de volksmond ook wel het regionale IC opschalingsplan genoemd, tot stand kwam. Tegelijkertijd wordt er op dit moment keihard gewerkt aan een afschaling én een plan om tijdens een mogelijke 2e ‘corona’ piek weer op te schalen op de IC’s. Deze actuele stand van zaken doet uiteraard niets af aan het leerzame en leuke interview met Iris en Dirk!

‘Iris Keessen is adviseur Acute Zorg binnen het stafbureau Regionaal Overleg Acute Zorgketen Zuidwest-Nederland en hield zich vóór de coronacrisis bezig met de regiobrede implementatie van het capaciteit inzichtsmodel 2TWNTY4 en de pilot zorgcoördinatiecentrum Rotterdam-Rijnmond. Dirk Boer is, met of zonder coronacrisis, internist-intensivist in het Maasstad Ziekenhuis Rotterdam en het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis Dirksland.’

STOOM EN KOKEND WATER

Iris: ‘In eerste instantie zijn we redelijk rustig gaan schrijven aan de eerste versie van het regionaal IC opschalingsplan, maar al snel kwamen er steeds meer coronabesmettingen in Nederland en werden er steeds meer patiënten opgenomen. We werden echt ingehaald door de realiteit en we voelde de hete adem van het coronavirus in ons nek. We wisten dat het op de IC’s als eerste spaak ging lopen dus we moesten echt vaart maken. We zijn één keer met de hele projectgroep (zie kader) bij elkaar gekomen in het Maasstad Ziekenhuis en voor de rest hebben we alles via de mail en telefonisch gedaan. Ik denk dat we in krap twee weken het plan af hadden. Eerlijk is eerlijk, dat duurt normaal gesproken maanden! Het voordeel was wel dat er vanuit de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC) een landelijk pandemieplan kwam. Dat gaf ons een goed kader. Hier zaten de fases van opschaling al in, van regulier naar uitbreiding van capaciteit, andere inzet van personeel, tekort aan apparatuur tot het crisismanagement waarbij je echt verscherpte triagecriteria gaat toepassen.’

Dirk: ‘Ik zou naar een congres in Berlijn gaan, maar dat ging vanwege de coronacrisis niet door. Dat leverde me ineens twee ‘vrije’ dagen op die ik kon besteden aan planvorming. Bij de start van het plan was er niet helder hoeveel capaciteit er precies was op de IC’s in onze zorgregio Zuidwest-Nederland. We wisten niet precies hoeveel bedden, beademingsapparatuur en therapiemogelijkheden elk ziekenhuis had. Dat moesten we eerst in kaart brengen. Daarna zijn we gaan onderzoeken welke opschalingsmogelijkheden elk ziekenhuis had en wat er dan precies extra nodig was. We hebben inderdaad veel gehad aan het pandemieplan van de NVIC. Toen we begonnen met schrijven was het in onze zorgregio nog rustig op de IC afdelingen, maar in Brabant was het toen al begonnen. We wisten dus wel dat het snel onze kant op zou komen en dat het plan, bij wijze van spreken, gisteren al klaar moest zijn.’

“De coronacrisis is het allerbeste voorbeeld dat je het als ziekenhuis niet redt als je niet samenwerkt. Als de druk dusdanig oploopt in de acute keten dan moet je intensief samenwerken met elkaar. We moeten de handen ineen slaan om de zorgcontinuïteit te waarborgen.”

OUT-OF-THE-BOX

Iris: ‘Toen het plan eenmaal klaar was, hebben we het niet veel later toch nóg een keer aangepast. We hadden in eerste instantie, toen de urgentie er nog nét niet was, nagedacht over welke maximale IC capaciteit we konden creëren binnen en buiten de bestaande IC muren van de ziekenhuizen in onze zorgregio. Toen de urgentie wél voelbaar was en iedereen al maximaal opgeschaald was, konden we pas echt out-of-the-box denken. Zo zie je maar als de noodzaak echt gevoeld wordt er nóg meer mogelijk is. In het eerste plan hadden we een maximale opschalingscapaciteit van 240 IC bedden (ten opzichten van het reguliere aantal van 143). In de laatste versie kwamen we uit op 438 IC bedden. Eerlijk is eerlijk, dat was wel het zogenaamde optimistische scenario en dat was in de praktijk niet haalbaar. In de ultieme opgeschaalde IC wereld zijn er geen beperkende bepalende factoren zoals een gebrek aan deskundig en geschoold personeel, persoonlijke beschermingsmiddelen en essentiële apparatuur.’

Dirk: ‘Wat er nu gaande is op de IC’s, heb ik nog nooit meegemaakt. Ik ben nog niet zo lang intensivist, maar je merkt aan alles dat dit een unieke situatie is. In januari/februari van dit jaar was het nog ondenkbaar dat je op zo’n korte termijn een verdubbeling zou hebben van je IC capaciteit. Je moet ook in het realistische scenario dingen loslaten. We kunnen in deze situatie nu eenmaal niet meer alles weten van een patiënt. Minder weten werkt nu ook, maar is niet wat je het liefste wilt. Tegelijkertijd zie je nu ook dat andere zaken, zoals telefonische consulten en digitaal overleg, wel een gunstig effect hebben op ons werk. We moeten dus zeker niet alles terugdraaien als we straks weer in de reguliere situatie terecht komen.’

BIJVANGST

Iris: ‘Zoals altijd brengt een crisis ons ook goede dingen. Zo is de regionale samenwerking echt verbeterd en werken we als stafbureau van het ROAZ ZWN nog fijner samen met alle IC’s en andere ketenpartners in de zorgregio. Waar ik enorm van onder de indruk ben is wat er allemaal mogelijk is. Als we een jaar geleden dit plan hadden geschreven, dan hadden we het niet zo snel opgeleverd en we waren niet zo volledig geweest. Zoiets als het scholingsaspect (voor niet IC verpleegkundigen) hadden we waarschijnlijk nooit bedacht en opgeschreven en we hadden bijvoorbeeld ook nooit gedacht dat we instructievideo’s moesten maken voor een juist gebruik van beademingsapparatuur die van schepen komen. We hebben nu een fantastisch draaiboek liggen voor als er een volgende crisis komt. Natuurlijk moet je het dan nog wel afstoffen, verfijnen en aan de tijdgeest aanpassen.’

Dirk: ‘Je weet aan de voorkant nooit hoe zo’n plan uitpakt, maar het komt de samenwerking absoluut ten goede. We kennen elkaar nu veel beter. Er is intern een nauwere samenwerking met de anesthesiologie, het OK personeel, de IC verpleegkundigen, maar ook met de schoonmakers en de logistiek medewerkers. Die lopen ook de benen uit hun lijf. Iedereen draagt zijn steentje bij en de sfeer is super goed. Het Erasmus MC heeft een leidende rol in deze coronacrisis en dat doen ze goed. We steunen als perifere ziekenhuizen ook op het Erasmus MC. We volgen hun beleid met betrekking tot experimentele medicatie en beademing. Zij hebben een aantal richtlijnen en protocollen geschreven die nu elk ziekenhuis gebruikt. Ik vind dat heel goed. We moeten nu juist één lijn trekken. De samenwerking loopt nu overduidelijk anders dan normaal, we zijn normaal niet zo volgzaam in de periferie 😊, maar het komt de samenwerking overduidelijk ten goede! We hebben dit met alle artsen, verpleegkundigen en ondersteuners bereikt. Mocht dit ons nog eens overkomen, dan weten we dat we op elkaar kunnen rekenen. Zowel binnen als buiten ons eigen ziekenhuis.’

THUIS

Iris: ‘Mijn man en ik werken allebei in de zorg en hebben samen twee kinderen van bijna 5 en 8 jaar. Omdat we allebei werken in de vitale sector kunnen de kinderen wel naar de opvang. We hebben er heel bewust voor gekozen om de opa’s en oma’s niet te laten oppassen. Sterker nog, we zien ze ook niet meer. Complimenten ook voor de kinderopvang. Ze doen dat zo fantastisch, ze bieden zelfs 24/7 opvang aan. Voor de kinderen staat ook de wereld op z’n kop dus we proberen een goede balans te vinden tussen werken en het gezin. Ik eet, na de eerste hectische periode waarin je non-stop bezig bent, nu wel elke avond thuis. Het is fijn om zelf de kinderen in bed te leggen en een verhaaltje voor te lezen. We moeten nog even dus ik probeer echt deze momenten van rust te pakken.’

Dirk: ‘Ik vertrek met een gerust gevoel naar het ziekenhuis, want mijn vrouw zorgt thuis voor de kinderen. Natuurlijk moet ik wel extra werken, maar dat is niet erg. We kunnen gelukkig nog steeds veilig werken. Op dit moment zijn er genoeg persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) beschikbaar.’

ACTUEEL

We kunnen niet meer om hem heen in de landelijke media: Diederik Gommers, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care (NVIC). De Volkskrant sprak hem over zijn nieuwe rol in het dagelijks leven, die van ‘mister intensive care’. Lees het interview hier.

Deze week in de podcastserie “Erasmus MC – In opname” staat het dagelijks werk op de Intensive Care afdeling van het Erasmus MC centraal. Koos van der Ree Doolaard, IC-verpleegkundige en teammanager, is aan het woord over de dood als onderdeel van je werk, omgaan met emoties en hoe IC-patiënten, die het overleven, niet alleen lichamelijk, maar ook geestelijk een enorme optater krijgen. De podcast kun je hier beluisteren.

Samenstelling projectgroep:

  • Iris Keessen, projectleider acute zorg stafbureau ROAZ ZWN,
  • Dirk Boer, internist-intensivist in het Maasstad Ziekenhuis Rotterdam en Van Weel-Bethesda Ziekenhuis Dirksland,
  • Nicolas Schroten, internist-intensivist in het Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht,
  • Johan Oostrom, IC-verpleegkundige/Ventilation Practitioner in het Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht,
  • Peter de Feiter, chirurg- intensivist in het Franciscus Gasthuis & Vlietland Rotterdam,
  • Jasper van Bommel, Anesthesioloog-intensivist in het Erasmus MC Rotterdam,
  • Roel Geene, coördinator opgeschaalde zorg stafbureau ROAZ ZWN,
  • Evelien Klokman, adviseur Stichting BeterKeten.


gepubliceerd op: 20 april 2020