Goede voorbereiding is het halve werk

Het lijkt misschien een beetje raar om juist op dit moment aandacht te besteden aan de voorbereiding op een crisis. We zitten er tenslotte nog middenin! Daar denkt Roel Geene, adviseur Opgeschaalde Zorg bij het stafbureau van het Regionaal Overleg Acute Zorgketen Zuidwest-Nederland, heel anders over: ‘Zonder een jarenlange gedegen voorbereiding hadden we ons nu niet zo goed staande gehouden. Dat hebben we maar mooi samen met de ketenpartners bereikt.’

‘De gedegen voorbereiding op rampen en crises stamt al uit 2008. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft op 1 januari 2008 structureel geld beschikbaar gesteld ter stimulering van het opleiden, trainen en oefenen (OTO) van de zorgsector om de voorbereiding op rampen en crises te verbeteren. Deze gelden worden via de 11 Regionaal Overleggen Acute Zorgketen (ROAZ) ter beschikking gesteld aan zorginstellingen. We hebben ons in Zuidwest-Nederland (ZWN) door de jaren heen gericht op regionale planvorming en steeds meer de focus gelegd op een risicogerichte benadering met aandacht voor alle soorten crises die de zorgcontinuïteit bedreigen. Dus minder oefenen op de ouderwetse ‘flitsramp’, waar kortstondig de zorg wordt overstelpt, maar meer gericht op de bredere risico’s die voor de zorg spelen.’

PANDEMIE

‘In 2017 hebben de zorginstellingen in ROAZ-verband een risicoanalyse gemaakt van de grootste risico’s voor de zorg. Uiteindelijk wil je je voorbereiden op dat wat de grootste gevolgen heeft voor de (regionale) zorgcontinuïteit. Daar kwam een grieppandemie als grootste risico naar voren. Niet zo gek, want niemand wordt gespaard in een pandemie. Normaal leunen we in de zorg op onze collega’s. Als één ziekenhuis een probleem heeft, dan springt een ander ziekenhuis bij. Datzelfde geldt voor huisartsenposten e.d. Bij een pandemie kun je niet op elkaar leunen, dan moet je het samen oplossen. Om ons te kunnen voorbereiden op een pandemie hebben we ons eerst gericht op de gevolgen van een griepepidemie en op basis van deze uitkomsten hebben we destijds versneld het beheersplan van het ROAZ ZWN geschreven. In samenwerking met de GGD’en is er vervolgens een rapport geschreven: “Zorg tijdens een pandemie”. Hierdoor wisten we waar de knelpunten voor de zorg lagen tijdens een pandemie. Deze voorbereiding hebben we vervolgens tijdens de coronacrisis kunnen vertalen naar een inzetstrategie. Hoe kun je gestructureerd en stapsgewijs opschalen: wat doe je eerst en wat kan later?’

HOLLANDSE GRIEP

‘Vorig jaar hebben we in het najaar een pandemie geoefend in onze zorgregio: oefening Hollandse Griep. Een uitstekende manier om te ondervinden hoe onze zorgregio zich fictief staande houdt. In totaal hebben we twee dagen geoefend en dat is natuurlijk in de verste verte niet realistisch als er, zoals nu, sprake is van een echte pandemie. Maar ja, niemand krijg je zo gek om drie maanden te oefenen! De oefening maakte echter wel duidelijk dat samenwerking niet vanzelfsprekend is en continue aandacht vraagt als dingen niet zo gaan als we normaal gewend zijn. Er stond voor 2021 opnieuw een pandemische oefening in de planning. De periode tot aan de nieuwe oefening zouden we gebruiken om alle inzichten uit ‘Hollandse Griep’ te verwerken in de plannen. Ik vermoed dat we door deze coronacrisis volgend jaar niet meer hoeven te oefenen 😉

INTERVENTIES

We gaan alle inzichten uit deze crisis verwerken om zo te komen tot een volledig up-to-date plan. Mocht ons op korte termijn een nieuwe golf treffen, of in de toekomst een nieuwe pandemie overkomen, dan hebben we een mooie basis liggen. Tegelijkertijd weten we dat een nieuwe pandemie weer om nieuwe interventies vraagt. Geen crisis of pandemie is hetzelfde. Wat deze pandemie zo atypisch maakt is het feit dat kinderen nauwelijks ernstig ziek worden door COVID-19. Stel dat dit wel zo was geweest, dan heb je te maken met overvolle kinder IC’s en wellicht ook met kindersterfte. De wereld had er ook anders uitgezien als de COVID-19 uitbraak ons was overkomen tegelijkertijd met de jaarlijkse griepuitbraak. Zo zie je dus dat je nooit kunt stoppen met de voorbereidingen. Je moet ervoor zorgen dat je er qua planvorming steeds weer beter voorstaat en flexibel genoeg blijft voor de volgende keer.’ 

OTO 2020-2021

‘De komende tijd gaan we ons in de regio waarschijnlijk minder richten op opleiden, trainen en oefenen, maar meer op het evalueren en aanpassen van alle plannen. Als we wél gaan opleiden, trainen en oefenen, dan is het de vraag of én hoe dit kan in een 1,5 meter samenleving. Deze mogelijkheden zijn we vanuit het stafbureau allemaal al wel aan het verkennen.’

TROTS

‘Als we niet zo goed hadden nagedacht aan de voorkant hadden we nooit zo snel kunnen reageren als nu nodig was. Toen COVID-19 in ons land uitbrak konden we door alle planvorming en een goede regionale samenwerking snel bepalen waar deze pandemie afwijkt van wat er eerder was opgeschreven. Hierdoor wisten we waar we nog plannen op moesten schrijven. Het regionale IC-opschalingsplan is hier een voorbeeld van. Wij waren hier al mee bezig voordat het in de rest van Nederland duidelijk was dat dit urgent was. Ik ben er trots op dat we dit samen met de ketenpartners in de regio hebben bereikt. Een samenwerking zoals het ROAZ-verband is noodzakelijk om juist in crisistijd koers te houden en het belang van de patiënt gezamenlijk voor ogen te houden. De coronacrisis treft de hele zorgketen. We hebben een sterk ROAZ waar mensen elkaar kennen en weten te vinden. Als je elkaar pas in crisistijd moet leren kennen dan vraagt dit extra energie. Nu konden we voortborduren op een stevige vertrouwensband en daardoor was het mogelijk om snel te schakelen.’

gepubliceerd op: 28 mei 2020